Jezus zegt in Lucas 12:15:
“Pas op, hoed je voor iedere vorm van hebzucht, want iemands leven hangt
niet af van zijn bezittingen, zelfs niet wanneer hij die in overvloed
heeft.” In onze maatschappij draait juist heel veel om bezittingen.
Alles moet groter en meer
worden. Als het al niet bezit is, dan is het wel ‘de geweldige ervaring’ of
‘mijn gevoel’. We zijn maar moeilijk tevreden en nemen geen genoegen met wat we
hebben.
Dit is de hebzucht die al
voorbijkwam bij het 8e gebod. Begeren, het ‘intens verlangen’ naar iets van een
ander, leidt niet tot voldoening (zie o.a. Prediker 5), het is juist de bron
van jaloezie en afgunst. Paulus zegt: “Laat dus wat aards in u is
afsterven: ontucht, zedeloosheid, hartstocht, lage begeerten en ook hebzucht –
hebzucht is afgoderij.” (Kolossenzen 3:5). Laten
we ons bekeren van die afgoderij en leren dat wat we van God ontvangen, genoeg
is.
Heer vergeef ons onze
hebzucht, en dat we zo vaak naar anderen kijken om bezittingen te vergelijken.
Vergeef ons onze afgunst en jaloezie, en reinig onze harten. Leer ons onze
zegeningen te tellen. Dank U dat U een plan met ons heeft en altijd genoeg
hebt. Bij U is geen tekort! We belijden dat we als volk zo zuinig zijn en veel
voor onszelf houden, terwijl U vraagt dat we royaal geven. Verander ons denken,
verander ons hart!
Vergeef ons Heer…
Aanvullende tekst ter
overdenking: “Velen willen almaar meer bezit, maar de rechtvaardige geeft,
hij houdt niets voor zichzelf.” (Spreuken 21:26)